Klachtenmanagement politie behoeft impuls
De politie trekt zich te weinig aan van klachten van burgers. Dat blijkt uit een rapport van de Inspectie Veiligheid en Justitie. Het leren van klachten binnen de politieorganisatie is onvoldoende geborgd, stellen de rapporteurs.
Jaarlijks dienen zo'n 10.000 Nederlanders een officiële klacht in bij de politie. De klachten gaan onder meer over onbeschoft gedrag, gewelddadig ingrijpen en gevaarlijk rijgedrag door agenten. Klagers zijn veelal uit op erkenning van een fout, excuses van de betrokken agent, een schadevergoeding of een andere maatregel. Echter krijgen ze dat meestal niet.
‘Politiemedewerkers zijn onvoldoende op de hoogte van het belang van klachtbehandeling en de doelen die de politie daarmee nastreeft’, schrijft de Inspectie. ‘Ze zijn bang dat een klacht schadelijk is voor hun carrière en staan daarom vaak afhoudend tegenover klachten.’ Tevens worden meldingen van burgers terzijde geschoven uit angst voor een aantekening in het personeelsdossier, leert het rapport. ‘Daardoor laat de politie een kans liggen om het vertrouwen van burgers in de politie te herstellen.’
Klachtenmanagement
Minister Ard van der Steur van Veiligheid en Justitie laat weten dat er maatregelen worden genomen. Zo moet de politie beter communiceren en duidelijker uitleggen wat er met een klacht gebeurt. Ook ontwikkelt de politie dit jaar een 'leerstructuur', waarin klachtbehandelaars- en coördinatoren getraind worden in bemiddeling, voorlichting en gespreksvaardigheden.
Het betreffende onderzoek is uitgevoerd in vier regionale eenheden: Noord-Nederland, Midden-Nederland , Den Haag en Limburg. De Inspectie heeft de klachtenprocedure van deze eenheden bestudeerd, klachtregistratiegegevens ingezien, telefonische interviews gehouden met klagers, klachtdossiers nageslagen en een groepsbijeenkomst gehouden met klachtbehandelaars en klachtencoördinatoren.
- politie
- vertrouwen burgers
- klachtenmanagement
- Inspectie Veiligheid en Justitie
- klachtbehandeling
- Ard van der Steur