Uit de Radar-poll blijkt dat 52 procent nooit gedag zegt tegen een chatbot voor ze een vraag stellen. Slechts 15 procent doet dit wel, terwijl 13 procent het af en toe doet. Wat het gebruik van het woordje ‘alsjeblieft’ betreft, geeft 67 procent aan dit nooit te gebruiken. Slechts 7 procent voegt het toe aan hun vraag en 10 procent doet dit soms.

Wanneer het aankomt op het bedanken van de chatbot na een antwoord, laat 46 procent beleefdheid volledig achterwege. Toch zegt 23 procent wél ‘dankjewel’ en 15 procent doet dit af en toe. Opvallend is dat mensen vaker ‘dankjewel’ zeggen dan ‘alsjeblieft’. Veel respondenten denken dat dit helpt om de chatbot te ‘trainen’. ‘Ik zeg wel dankjewel zodat de chatbot begrijpt dat het gesprek klaar is’, vertelt een deelnemer. Anderen zien het als een manier om aan te geven dat ze tevreden zijn met het antwoord.

Voor sommige deelnemers is het een automatisme om beleefd te zijn, omdat ze niet altijd zeker weten of ze met een chatbot of een mens praten. ‘De chatbot heeft een voornaam, dus ik weet nooit zeker of er een echt persoon achter zit’, aldus een deelnemer.

Een groot aantal deelnemers voelt echter geen enkele verplichting om vriendelijk te zijn tegen een chatbot. ‘Het is gewoon een machine, geen mens’, zegt een van de respondenten. Voor deze groep is beleefdheid simpelweg irrelevant wanneer ze communiceren met een computerprogramma. ‘Waarom zou ik? Ik zeg ook geen dankjewel tegen Google of mijn e-mailprogramma.’

Daarnaast geven sommige deelnemers aan dat ze vaak ontevreden zijn over de antwoorden van chatbots. ‘Meestal krijg ik een algemeen antwoord waar ik niets mee kan’, aldus een ontevreden gebruiker. Hoewel beleefdheid voor velen achterwege blijft, blijft de discussie over hoe we AI behandelen boeiend. Misschien komt beleefdheid ooit nog van pas, zoals een deelnemer grapt: ‘Je weet nooit of het van pas komt als AI straks de wereld overneemt.’