ListenFirst - TE is nooit goed

ListenFirst - TE is nooit goed
  • 25 november 2019
  • Redactie

Maartje, de jonge zaterdaghulp op de afdeling Chocolaterie van een luxe warenhuis, krijgt aanwijzingen van Jenny, die al iets meer ervaren is. Met grote precisie legt Jenny schaaltjes bonbons en kunstig gevormde chocoladebrokken onder de vitrine. Maartje is leergierig en volgt Jenny’s voorbeeld.

Tekst: Liesbeth Wieggers

Ondertussen praten ze over meisjeszaken. Make-up. Kleding. De jongen van de afdeling Accessoires met wie ze wel eens uit zouden willen.

Ook komt het jaarlijkse functioneringsgesprek aan bod.

Jenny: Ik had alles hoog. Betrokkenheid én werkgeluk.

Maartje doet alsof ze zich concentreert op het etaleren van zakjes chocoladesnippers.

Jenny: Jij?
Maartje: Wat?
Jenny: Wat had jij?
Maartje: Oh. Betrokkenheid heel hoog.
Jenny: En de rest?
Maartje: Iets minder. Ik krijg zo vaak commentaar. Dan is de lol er gauw af.

Jenny heeft met Maartje te doen.

Jenny: Vanuit passie voor chocola een positieve impact blijven maken, dan komt het wel goed.

Als de eerste klanten binnendruppelen zet Maartje geroutineerd een stralende glimlach op.

Maartje: Happy face!

Ook Jenny zet haar meest overtuigende glimlach op als ze de eerste klant helpt.

Maartje kijkt uitnodigend naar de tweede klant. Het is Inge – een zakelijk geklede vrouw, tikje overgewicht – die eerst nadrukkelijk naar Maartje’s naamplaatje kijkt voordat ze met een kort knikje aangeeft dat ze iets wil bestellen.

Maartje: Wat kan ik voor u betekenen?

Inge kijkt van de chocoladebrokken naar de bonbons.

Maartje: Onze heerlijke bonbons? Een klein doosje voor u?
Inge: Doe er maar een van 500 gram.

Maartje neemt Inge van top tot teen op.
Maartje: Cadeautje?
Inge: Voor mezelf.

Maartje begint een doosje te vullen.

Inge: In ieder geval die met hazelnootvulling en een paar met room.
Maartje: We hebben ook bonbons zonder suiker. Of met wat minder suiker. Is dat misschien iets?

Inge kijkt haar verbaasd aan.

Inge: De gewone graag.

Maartje vult het doosje verder met romige bonbons.

Maartje: Dat is best een goede ontwikkeling, die suikervrije bonbons. Teveel suiker, dat is niet goed voor je. Ik had het ook; ging op een gegeven moment teveel snoepen.

Ze kijkt even naar Inge.

Maartje: En als je er dan aanleg voor hebt, dan komen de kilo’s er zo aan.

Maartje kijkt op als ze Jenny nadrukkelijk hoort kuchen, maar ze richt zich bijna meteen weer tot Inge, waardoor ze niet ziet dat Jenny een ‘stop’-gebaar maakt.

Maartje: Soms is het ook gewoon verdriet wegsnoepen hè. Niet erg hoor, maar het zet zo aan. En het is zo treurig, om in je eentje een heel doosje leeg te eten. Eigenlijk zou je dan met iemand moeten gaan praten. Is dat niet beter?
Inge: Ik geloof niet dat-
Maartje: Zal ik er niet toch wat suikervrije bonbons bij doen?

Zich niet bewust van wat ze aanricht, kijkt ze naar Inge, die gedecideerd haar hoofd schudt.

Maartje: Strikje erom?
Inge: Hoeft niet. Maar toch bedankt voor de suggestie.
Maartje: Ik denk graag met de klanten mee.

Maartje rekent af en Inge grist het doosje bonbons uit Maartje’s handen. Als Maartje haar bedachtzaam nakijkt, komt Jenny bij haar staan.

Jenny: Dat was die vrouw van HR.
Maartje: Ken ik niet.
Jenny: Het vervolg op het functioneringsgesprek. Als je ergens laag op scoort, komt ze zelf de werkvloer op om te kijken wat er beter kan.

Maartje is zich nog steeds van geen kwaad bewust.

Maartje: Dan heeft ze in ieder geval kunnen zien wat mijn uitblinkpunt is.

Jenny weet niet goed hoe ze moet reageren.

Maartje: Betrokkenheid! Ik dacht met haar mee, deed suggesties, de klant
centraal.
Jenny: Nou, betrokkenheid bij de zaak is misschien belangrijker. We moeten wel onze klanten houden.

Maartje zet een sip gezicht op.

Maartje: Zie je wel, al dat commentaar. Dat verpest mijn werkgeluk.

Jenny slaat haar op de schouder.

Jenny: Vriendelijk kijken. Anders scoor je straks laag op uitstraling.

Maartje zucht eens diep.

Maartje: Ok. Happy face.

Jenny ziet de krampachtige glimlach van Maartje.

Jenny: Ook weer niet TE hè. TE is nooit goed.

Maartje richt zich alweer op een volgende klant.

Maartje: Ik kan u onze bonbons met extra romige vulling aanraden. Die zijn zó heerlijk, daar word je blij van. Troostbonbons noem ik ze wel eens. Echt wat voor u.

Jenny hoort het aan en schudt lichtjes haar hoofd.








































































































comments powered by Disqus