Young & Professional - Thijs Launspach (31)

Young & Professional - Thijs Launspach (31)
  • 12 februari 2020
  • Nina van Klaveren

Al sinds zijn scriptieperiode probeert hij antwoord op de vraag te vinden waarom in teams van jonge professionals de één na de ander omvalt. Als schrijver, spreker en psycholoog weet Thijs Launspach: als je je in millennials verdiept, komt onherroepelijk het onderwerp stress naar boven. ‘Hier is écht iets aan de hand.’ De krantenkoppen liegen er niet om: de burn-outcijfers exploderen en zowel de maatschappij als het bedrijfsleven zitten met de handen in het haar. Want: hoe lossen we dit op? We vragen het deze millennial-expert die (niet geheel toevallig) in dezelfde generatiecategorie valt.

Beeld: Zuiver Beeld

Waarom zijn we zo druk?
‘Onderzoeken vertellen ons dat de ‘burn-out’ geen nieuw fenomeen is. Ook andere generaties hebben er last van. Een groot verschil is dat er nu geen taboe meer op het onderwerp rust en we het mede daarom vaker horen.
Dat mensen zichzelf voorbijlopen is logisch, want we zijn drukker dan ooit. We werken meer en vaker over, onze banen zijn complexer en de grenzen tussen werk en privé zijn vervaagd. We zijn verslaafd aan apparaten die ons continu prikkels serveren, wat het moeilijk maakt om het brein uit te zetten en onbereikbaar te zijn. Als we dan wél even uit staan, hebben we ook nog last van ‘FOMO’: het gevoel dat we overal bij moeten zijn. We proppen zoveel mogelijk leven in zo min mogelijk tijd. Dat is niet bepaald rustgevend.
Maar ook andere psychologische dingen spelen mee in het druk-zijn. We hebben een obsessie voor productiviteit en willen tijd zo goed mogelijk gebruiken.
Daarbij verwachten we enorme dingen van ons leven: 24/7 moet je blij, succesvol, fit, slim en sociaal zijn. Er is iets mis als we die norm niet halen. Dat is niet zo, maar dat gevoel is er vaak wel.'

Hoe komt het dat millennials ‘vatbaarder’ zijn voor burn-outs?
‘Onder deze groep is er enorm vaak sprake van sociale vergelijking. We zijn geneigd ons te vergelijken met anderen, en technologie heeft dat heel makkelijk gemaakt. Een grote groep heeft gigantisch hoge eisen voor zichzelf en verwachtingen waar het leven aan moet voldoen; een perfecte manier om heel ongelukkig te worden. We realiseren ons alleen niet dat anderen een overdreven positief beeld van zichzelf de wereld in slingeren, terwijl dat in werkelijkheid afwijkt van de norm.
Dan bestaat er nog een andere valkuil: the imposter syndrome. Hierbij heeft iemand het gevoel een oplichter te zijn en niet staat te zijn het werk te doen. Continu schuilt het gevoel dat iemand op jouw deur kan kloppen en jij door de mand valt. Dat valt ook logisch te verklaren: GenY-ers zijn er soms goed in een blinkende buitenkant te laten zien, maar veel strenger voor zichzelf te zijn. Doordat we vergeten eerlijke gesprekken met elkaar te voeren, krijgen we een vertekend beeld van het succes van anderen.’

Wat zie jij als grootste misverstand over dit veelbesproken onderwerp?
‘Alle stress is slecht. Het is goed om een actief en dynamisch leven te leiden waarin je veel wordt uitgedaagd. Een leven moet niet ‘zo rustig mogelijk’ zijn. Sterker nog: je kunt enorm veel stress aan, zolang je dat compenseert met rust en zelfzorg. Dát is het punt waar het een en ander misgaat. Zodra er sprake is van stress, is zelfzorg vaak het eerste dat verdwijnt. Vervolgens krijg je een sneeuwbaleffect. Normale stress is iets heel anders dan een burn-out – daar zitten veel verdiepingen tussen.’


Wat is een grote misvatting ten opzichte van millennials?
‘Dat ze lui zijn. Sterker nog: ze werken meer dan andere generaties. Het verschil is dat ze wat pragmatischer zijn in het indelen van hun tijd. Dat heeft met efficiency te maken, niet met luiheid. Een ander vooroordeel is dat ze verwend zijn. In de periode dat millenials opgroeiden, was er sprake van een economische boom. Vervolgens werden de kaarten anders geschud, tijdens en na de financiële crisis. Baankansen werden minder, de huizenmarkt bijna onmogelijk en millennials bouwden minder vermogen op dan andere generaties. Dat noem ik niet verwend.’

In wat voor omgeving floreren millennials?
‘Wat je moet weten als leidinggevende, is dat millennials sommige dingen al goed kunnen en tegelijkertijd dingen moeten leren. Neem negatieve feedback. Millennials hebben als onderdeel van de opvoedfilosofie vooral positieve en stimulerende berichten gehoord.
In hun werkzame leven blijkt dan dat er dingen zijn die verbeterd moeten worden. Als je je eigen waarden hebt gekoppeld aan prestaties, is dat pijnlijk. Je moet extra tijd inruimen voor feedback en daar secuur op moet zijn. Ik denk dat je er niet aan ontkomt door je op te stellen als een coach. Wat zijn doelen, waar kun je samen aan werken, hoe kun je elkaar helpen? Dat werkt wederzijds, want deze generatie heeft enorm veel behoefte aan rolmodellen. Je moet een ‘circle of safety’ opbouwen en zeggen: ‘ja, jij werkt hier en dat betekent dat ik jou kan beschermen en je fouten mag maken’. Creëer eerst het gevoel van veiligheid voordat je gaat sleutelen aan iemands gedrag.’

Hoe kun je als leider het aantal burn-outs onder eigen millennial-medewerkers verminderen?
‘Naast het zorgen voor een veilige en vertrouwde omgeving is het belangrijk het goede voorbeeld te geven, omdat millennials het nodig hebben zich aan iemand op te trekken. Wees duidelijk: niet werken in het weekeinde betekent ook dat jij zelf op zaterdag en zondag geen berichten stuurt. Laat zien dat het niet de bedoeling is dat je na werktijd mails stuurt, behalve als de tent in de fik staat. Het effect is dat medewerkers ontslagen worden van de verantwoordelijkheid continu aan te staan. Voor hersenen is werken en stand-by staan nagenoeg hetzelfde. Mensen hebben het nodig om uit te kunnen staan en rust te ervaren. Dat is een belangrijke rol voor leiders.’























comments powered by Disqus