IBM opent Internet of Things divisie

IBM opent Internet of Things divisie
  • 21 december 2015
  • Redactie

IBM opent een wereldwijd hoofdkantoor in München voor Internet of Things (IoT)-toepassingen die gebruikmaken van Watson-technologie. De sectie wordt gehuisvest in een campusomgeving waar ook een nieuw innovatiecentrum deel van uitmaakt. Naar verwachting komen er zo’n 1.000 ontwikkelaars, adviseurs, wetenschappers en ontwerpers van IBM te werken.

‘Het Internet of Things vormt op korte termijn de grootste databron ter wereld, terwijl we momenteel met 90 procent van die data helemaal niets doen’, zegt Harriet Green, general manager van IBM's nieuwe Watson IoT divisie. Zij verwacht dat het koppelen van deze data aan IBM Watson deuren opent voor bedrijven, overheden en individuen ‘om onbekende verbanden uit hun data te halen die tot nieuwe inzichten leiden.’

API
Naast het nieuwe hoofdkantoor lanceert het softwarebedrijf vier nieuwe Watson API’s op de Watson IoT cloud:


  • Natural language processing (NLP). Deze API stelt gebruikers in staat om te communiceren met toestellen en systemen via menselijke taal. Watson linkt taal aan andere databronnen die voor de juiste context zorgen. Zo kan een onderhoudsmonteur aan Watson vragen wat een bepaalde trilling in een toestel veroorzaakt. De betreffende technologie zal automatisch de achterliggende vraag herkennen en linken aan databronnen over bijvoorbeeld het onderhoud van het toestel en een aanbeveling doen om de trilling weg te werken.
  • Machine Learning. Automatiseert dataprocessen en monitort datasets op continue basis. Daardoor kan het systeem trends waarnemen en aanbevelingen doen wanneer een probleem zich voordoet.
  • Video & Image Analytics. Doorzoekt ongestructureerde datasets van afbeeldingen en video’s en kan hieruit trends en patronen identificeren.
  • Text analytics. Deze API heeft de mogelijkheid om grote hoeveelheden tekst door te spitten en patronen te herkennen. Denk bijvoorbeeld aan de transcripten van contactcenters, tweets, blogs, et cetera.
comments powered by Disqus