Ondanks wet nog steeds ongewenste verkooptelefoontjes
Zo’n 80% van de consumenten wordt lastiggevallen door telefoontjes van callcenters die iets aan hen willen verkopen. Dat blijkt uit onderzoek van de Consumentenbond. De telemarketingwet uit 2021 werkt niet goed.
Sinds 1 juli 2021 mogen bedrijven consumenten alleen bellen als die daar expliciet toestemming voor hebben gegeven. Bedrijven moeten kunnen bewijzen dat die toestemming is verleend. Een uitzondering geldt voor consumenten die lid of klant zijn geweest. Die mogen na opzegging van de overeenkomst nog drie jaar benaderd worden. De wet kwam in plaats van het Bel-me-niet-register.
Om te peilen of de wet zorgt voor minder ongewenste telefoontjes, vroeg de Consumentenbond 1100 consumenten naar hun ervaringen. Acht op de 10 ondervraagden geeft aan de afgelopen 12 maanden toch ongevraagd te zijn gebeld. 25% van hen werd maandelijks benaderd door telemarketeers en 10% zelfs wekelijks. De cijfers zijn vergelijkbaar met eenzelfde onderzoek in 2019, vóór de nieuwe wet. De meeste telefoontjes zijn in opdracht van energieleveranciers, gevolgd door loterijen en goede doelen. Dit was vier jaar geleden ook zo.
Sandra Molenaar, directeur Consumentenbond: ‘Wetgeving is één ding, maar als het niet goed nageleefd wordt, heeft het geen nut. Wat ons betreft moet de controle en handhaving nog scherper. We roepen consumenten dan ook op om ongewenste telefoontjes te melden bij Consuwijzer, het consumentenloket van de Autoriteit Consument & Markt (ACM).’
De Consumentenbond wil ook dat de wet wordt aangescherpt. Nu mogen bedrijven consumenten die klant waren, nog drie jaar benaderen zonder expliciete toestemming. Maar dat leidt tot grote ergernis, blijkt uit de enquête. Het merendeel van de consumenten (68%) wil ook in dat geval niet benaderd worden. Zij geven aan niet voor niets de overeenkomst met het bedrijf te hebben opgezegd.
Slechts een kwart van de ondervraagden vindt het niet erg om als ‘oude klant’ gebeld te worden, maar vindt de termijn van 3 jaar veel te lang.