Interpolis positioneert kinderen in de boardroom
De directie van Interpolis krijgt een aantal maanden kinderen van groep 8 over de vloer. Zij zullen de verzekeraar van advies voorzien. Interpolis-directeur Arné van den Boom: ‘Kinderen zijn onze stakeholders. Wij laten hen met een nieuwe blik naar het fenomeen verzekeren kijken. Daarmee hopen wij onze klanten van de toekomst beter te leren begrijpen.’
Het bestuurskamerplan werd gisteren uit de doeken gedaan bij de lancering van de Raad van Kinderen in Zeist. Doel van dit nieuwe initiatief van de Missing Chapter Foundation (opgericht door Laurentien van Oranje, red.) en Unicef Nederland is de besluiten van grote organisaties nóg toekomstbestendiger te maken, respectievelijk door kinderen letterlijk een stem te geven in het besluitvormingstraject. De groep varieert: telkens wordt een groep uit de bovenbouw van een basisschool gekoppeld aan een grote organisatie. Zij gaan aan de slag met een dilemma van het betreffende bedrijf. Aan de hand van probleemverdieping, onderzoek en discussies, komen de kinderen na acht weken tot een advies, dat zij presenteren aan de directie van die organisatie. Meer dan twintig partijen hebben inmiddels al aangegeven hun boardrooms open te willen stellen.
De kinderen van groep 8 van de Pieter Wijten basisschool in Waalwijk starten vanaf 1 december aan de ‘klus’ bij Interpolis. Van den Boom kijkt uit naar de inzichten van de jonge bestuurders. ‘Kinderen denken vaak in oplossingen en zien zaken met een frisse blik. Volwassenen zien al gauw allerlei barrières. Daarom denken we dat het goed is om de verbeeldingskracht en creativiteit van kinderen bij ons in huis te halen. Dat zet ons op scherp.’
Kwart eeuw Kinderrechtenverdrag
Exact vandaag bestaat het Kinderrechtenverdrag 25 jaar. Kinderombudsman Marc Dullaert merkt dat het verdrag steeds belangrijker wordt. In zijn optiek wint het verdrag aan autoriteit en houden landen bij heel veel plannen en wetten rekening met wat het verdrag zegt over de rechten van de kinderen. In Nederland vindt hij het hoog tijd worden om naar kinderen zelf te luisteren. ‘In artikel 12 van het Kinderrechtenverdrag staat dat kinderen het recht hebben om mee te praten over wat hen aan gaat. Dat gebeurt nauwelijks in Nederland. Volwassenen bewijzen kinderen nu soms wat lippendienst. We doen alleen maar alsof we naar kinderen luisteren als we wetten maken die hun levens beïnvloeden. Dat is niet goed. Kinderen en jongeren onder de achttien jaar zijn ook burgers.’ Een goed voorbeeld wat betreft het betrekken van kinderen bij nieuwe wetten, is Noorwegen. Daar is een kindertoets ingevoerd. ‘Als er dan plannen zijn of nieuwe wetten die kinderen treffen, dan moeten we via een kinderpanel de mening van kinderen peilen. En dat levert veel op. Kinderen komen echt met heel andere oplossingen voor problemen’, stelt Dullaert.