Verwacht de komende jaren daarom steeds meer laadpunten bij bijvoorbeeld winkelcentra en (grote) horecagelegenheden. Die voorspelling is amper gewaagd: nu steeds meer automobilisten elektrisch rijden (en dus laadpunten nodig hebben) is het logisch dat deze laadpunten op steeds meer plaatsen geïnstalleerd worden. Het laden van elektrisch vervoer heeft echter een noodzaak die het ‘oude’ tanken niet heeft, namelijk enige tijd. En mensen willen wat te doen hebben terwijl de auto laadt.

Het is te vergelijken met het vervoersmiddel van vroeger: toen paard en wagen nog de normale manier van transport was, moest een paard ook eten, drinken en uitrusten. Als je in 1858 aan een cowboy vroeg waar je dat het best kon doen, was het antwoord niet ‘ergens midden op de prairie’, maar waarschijnlijk ‘in een mooi dorp in het Wilde Westen, vlak vóór de beste saloon van de regio’.

Veranderde werksituatie
Vooral in steden zijn privé laadstations allesbehalve vanzelfsprekend. Mensen waren daarom (tot voor de pandemie) vaak aangewezen op de laadpunten van hun werk en publieke laadpunten, voor het opladen van hun accu. Nu zegt onderzoek dat meer dan 70 procent van de Nederlandse werknemers in de toekomst ‘flexibel’ wil werken en dus de keuze tussen thuis- en kantoor wil hebben. Als het kantoorlaadpunt daardoor minder vaak bezocht wordt, zal de thuiswerkende e-rijder onderweg moeten laden. Bijvoorbeeld als hij boodschappen gaat doen.

Voor winkels van de toekomst zijn elektrische laadpunten daarom net zo goed een USP, als dat de wekelijkse aanbiedingen dat zijn. Als de ene supermarkt genoeg laadpunten heeft, tegen gunstige tarieven, en de concurrent niet? Dan is de keuze snel gemaakt. Elektrische laadpunten zijn voor uitbaters van grote bestemmingen een gemakkelijke manier om extra service te bieden, en bovendien aan hun duurzaamheid te werken.

Twee soorten laders
Bij een supermarkt zullen gebruikers in een korte tijd hun auto willen opladen, maar voor hotels, restaurants en congrescentra ligt dat anders. De duurdere DC snellader is daar meestal niet nodig: de AC laadpunten zijn daar meestal goed genoeg. Die leveren stroom met een gevarieerde snelheid, die kan afhangen van vraag- en aanbod op het stroomnet. Deze oplossing is daardoor goedkoper voor de gebruiker en vriendelijker voor het elektriciteitsnet: hij neemt maximaal af als er veel stroom beschikbaar is en doet een stapje opzij als er veel gebruikers aanspraak maken op het net.

Het is nu aan de mobiliteitsbranche om mee te gaan in de veranderende klantvraag. Er zullen steeds meer laadpunten nodig zijn, maar ruimte is (vooral in steden) beperkt. We moeten als branche daarom kijken hoe we meerdere laadmogelijkheden op één laadpunt kunnen aansluiten, zodat we bijvoorbeeld minder fysieke units nodig hebben. Bij CTEK worden daar al stappen in genomen. Mensen verwachten namelijk dat wáár zij ook heen gaan, er een oplaadmogelijkheid is. Het zou een stap terug zijn in de mooie ontwikkelingen die we maken op het gebied van e-mobiliteit en duurzaamheid als die mogelijkheden niet worden geboden.

Cecilia Routledge
Global Head of E-Mobility bij CTEK

(beeld: Kindel Media/ Pexels)